Project: voormalige FNO-site krijgt nieuw leven

De voormalige FNO-site wordt herbestemd tot een stadsontwikkelingsproject met een hoge erfgoed- en natuurwaarde.

Project in ’t kort

In voorbereiding
Bloemekenswijk

Dit project maakt deel uit van het programma Het Getouw

De voormalige FNO-site in de Gentse Bloemekenswijk ondergaat de komende jaren een grondige metamorfose. De naam FNO verwijst naar ‘Filature Nouvelle Orléans’, de voormalige katoenspinnerij die op het terrein was gevestigd. 

In het voorjaar van 2021 startten sogent samen met de stadsdiensten een scenario-onderzoek ter voorbereiding van de herbestemming van de FNO-site. Om dit onderzoek te voeren, werden een aantal experts/bureaus aangesteld namelijk:TV Humbble-Propolis-Dhooge&Meganck Architectuur-Sabine Okkerse.

Op de site wordt gezocht naar een optimale balans tussen wonen gecombineerd met buurt ondersteunende-, economische- en/of onderwijsfuncties. Het realiseren van een kwalitatief en groen openbaar domein, en de verankering van de site met de buurt en haar bewoners zijn hierbij cruciale puzzelstukken.  De FNO-site moet een voorbeeld van verweving worden voor Gent en daarbuiten.

Het scenario-onderzoek

De studieopdracht kadert binnen de zoektocht naar een gedragen en realiseerbare projectdefinitie. Door de veelheid aan vraagstukken met betrekking tot type-invulling (herbestemmingsmogelijkheden van de monumenten) en type-gebruikers, de ruimtelijke vraagstukken en de financiële gevolgen van ontwerpkeuzes, blijkt de noodzaak voor een voorafgaandelijke ontwerpende analyse die op verschillende detailniveaus de potenties van de site onderzoekt.

De onderzoeksopdracht omvat het voeren van een uitgebreid scenario-onderzoek naar programmatorische samenhang, financiële, technische en ruimtelijke haalbaarheid voor het project. Met behulp van de krachtlijnen die voortvloeien uit het onderzoek wordt een duidelijk en gedragen projectvisie geformuleerd. Deze projectvisie stelt sogent en de Stad Gent in de mogelijkheid om een weloverwogen (beleids)keuze te maken omtrent de potenties en invulling van de site en de gevolgen op financieel vlak.

Situering van de FNO-site

De FNO-site is gelegen in het noorden van de stad en is circa 2,4 hectare groot. Het gebied ligt geprangd tussen de Bloemekenswijk enerzijds en het KMO- en industriegebied ten zuiden van de Wondelgemse Meersen anderzijds. Ten noordoosten wordt de site begrensd door het Bloemekenspark en de Lieve, ten zuidwesten door de gebouwen en de evacuatieweg van de brandweer.

Historiek van de fabriek

  • De verkaveling en urbanisatie van dit gebied dateert van 1872, op initiatief van Gentse textielfabrikanten zoals de Hemptinne en de gebroeders De Smet, die hier een katoenfabriek oprichtten. Het gebied bleek een uitermate gunstige ligging voor industrievestigingen. Samen met de bijhorende proletarische woonwijken, ontstond een belangrijk industrieel stadsbeeld.
     
  • Binnen het projectgebied werd op 12 juni 1896 de ‘Société Anonyme Cotonnière Nouvelle Orléans’ opgericht. De activiteiten van dit nieuwe bedrijf waren het spinnen, twijnen en weven van katoen. In de beginjaren groeide deze onderneming zeer snel.
     
  • Op 4 maart 1957 fusioneerde het bedrijf met de Anc. Ets. De Waele & Röthlisberger tot de nieuwe vennootschap ‘Filature Nouvelle Orléans’. De continue modernisering zorgde ervoor dat de firma bleef groeien en in 1969 een kleine 700 werknemers telde. Op haar hoogtepunt bestond het bedrijf uit een eerste spinnerij met sheddaken, burelen in Vlaamse Renaissancestijl en een katoenloods (1896), een tweede spinnerij in Manchesterstijl met stookplaats, schoorsteen, een machinekamer, een tweede katoenmagazijn en zelfs een paardenstal (1899), verschillende uitbreidingen en bijkomende burelen (tot 1968).
     
  • Vanaf de jaren 1960 ging het echter minder goed met de Belgische katoenindustrie. FNO schakelde eerst nog over op de verwerking van synthetische vezels, maar werd in 1972 overgenomen door de UCO-groep. Door de aanhoudende crisis in de textielsector werden de activiteiten steeds verder afgebouwd. In de jaren 1980 verdween de naam FNO geleidelijk en werd de site effectief een deel van UCO-Maïsstraat.
     
  • In 1990 werd de volledige site verkocht aan de Brusselse projectontwikkelaar Immoperel. Verschillende delen van de fabriek kwamen leeg te staan. Verval trad in en de stookplaats, de machinekamer en de paardenstal. Een van de katoenloodsen werd zonder vergunning gesloopt. De sloop van het Manchestergebouw werd net op tijd een halt toegeroepen.
     
  • Op 3 januari 1995 werden het Manchestergebouw, de kantoorgebouwen uit 1896 en 1907, de schoorsteen en de oude katoenloodsen beschermd als monument.

Locatie