Huis Van Eyck - Koestraat

Op een van de panelen van het Lam Gods, het beroemde altaarretabel van de broers Hubert en Jan van Eyck, voltooid in 1432, is een stadsgezicht afgebeeld achter de vensteropening van een kamer op de hogere verdieping van een huis. Vanaf 1816, toen dit paneel zich in Berlijn bevond, begon een zoektocht naar de locatie van dit huis. De afgebeelde straat en de stadspoort waarnaar die leidt, werden algauw geïdentificeerd met de Kortedagsteeg en de (nu verdwenen) Walpoort aan de Ketelvest in Gent. Het (kerk)torentje dat boven de daken van de huizen uitsteekt, zou dat van de Wolweverskapel geweest zijn.


Het huis van waaruit dit stadsgezicht zou geschilderd zijn en dat meteen met het atelier van de broers van Eyck werd geassocieerd, werd eerst gesitueerd op de hoek van de Vogelmarkt en de Koestraat. Toen dit hoekpand in 1828 werd verbouwd door de nieuwe eigenaar Petrus Franciscus De Rudder, werd de gevel in empirestijl dan ook versierd met twee gebeeldhouwde medaillons met de (gefantaseerde) hoofden van Hubrecht en Jan van Eyck.


Omstreeks 1900 toonde de Gentse kunstschilder en oudheidkundige Armand Heins echter aan dat dit hoekhuis niet het vermeende atelier van Jan van Eyck kon zijn. Ten eerste was er hier in 1432 helemaal geen hoekhuis. De Vogelmarkt werd immers pas in 1593 aangelegd als doorbreking van de as Koestraat-Kortedagsteeg. Heins meende ook dat de zichtlijn op het schilderij niet klopte met de zichtlijn vanaf deze locatie. De plek waar de schildersezel zou gestaan hebben, situeerde hij in een huis in de Gouvernementstraat, niet ver van het (voor de aanleg van de Henegouwenstraat in 1884 afgebroken) huis van Joos Vijd en Elisabeth Borluut, de opdrachtgevers van het Lam Gods. Hij tekende zelfs een percelenplan van de hele buurt, waarop hij de namen van de huiseigenaars in de tijd van Van Eyck (op basis van het archiefonderzoek van Ferdinand Vanden Bemden) noteerde en waarop hij de zichtlijn naar de Kortedagsteeg en de Walpoort projecteerde.


Recenter onderzoek van historisch beeldmateriaal over deze buurt bracht intussen een derde mogelijke locatie in beeld. Achter de grote witte lijstgevel van het huis Koestraat 32-36 zit een middeleeuws Steen verborgen dat in de middeleeuwen het hoogste gebouw van de straat was. Vanuit een (nu verdwenen) zijvenstertje op de tweede verdieping, dat er precies zo uitzag als het venster op het Lam Gods - had je een gezicht op de Kortedagsteeg....


Veel kanshebbers dus, maar intussen gaan archeologen, historici en kunsthistorici ervan uit dat Jan van Eyck zich heeft laten inspireren een bestaand stadsgezicht, maar geen waarheidsgetrouw perspectiefzicht vanuit één concrete locatie geschilderd heeft.

Munten in deze cluster