Voldoende bestaansmiddelen
Welke bestaansmiddelen komen in aanmerking voor een lang verblijf in België op basis van studies?
De student moet bewijzen voldoende bestaansmiddelen te hebben om de verblijfs-, studie-, repatriërings- en medische kosten te dekken.
Voor het academiejaar 2023-2024 is dit minimaal 789 euro per maand.
De bestaansmiddelen kan je op verschillende manieren aantonen:
- met een studiebeurs
- met een verbintenis tot tenlasteneming (bijlage 32)
Meer info over het gebruik van de bijlage 32 vind je op de website van de Dienst Vreemdelingenzaken en het Agentschap Ingegratie & Inburgering. - met een geblokkeerde rekening via de onderwijsinstelling (= beheerder van deze bankrekening)
- Je stort min. 789 euro x … maanden op rekening van de onderwijsinstelling
- De onderwijsinstelling opent een geblokkeerde rekening bij een Belgische bank om dit bedrag op over te schrijven
- De onderwijsinstelling geeft elke maand minimaal 789 euro vrij van de bankrekening
- De onderwijsinstelling kan kiezen om het minimumbedrag te verhogen.
- met een studielening
- met een persoonlijke bankrekening: dit wordt geval per geval beoordeeld door de Dienst Vreemdelingenzaken. Kies indien mogelijk voor een van bovenstaande alternatieven.
- Dit is enkel aanvaardbaar met
- bewijs van een stabiel inkomen én regelmatige stortingen (minimaal 9468 euro per jaar = 789 euro x 12) op een bankrekening in het herkomstland, én
- bewijs van regelmatige overdracht naar de eigen bankrekening van de student in België (met schriftelijke bevestiging van niet-herroepbare toestemming voor overdracht)
- Dit is enkel aanvaardbaar met
Je kan ook via een studentenjob de bestaansmiddelen aanvullen, maar dat werk mag de studies niet bemoeilijken én de studie moet de hoofdbezigheid blijven.
Een student die in het bezit is van een verblijfskaart A, kan maximaal 20 uur per week werken en meer werken tijdens de schoolvakanties. Op de verblijfskaart staat de vermelding “arbeidsmarkt: beperkt”.