Identiteitsbewijs voor niet-Belgische kinderen jonger dan 12 jaar
Heeft je kind niet de Belgische nationaliteit? Dan kun je een identiteitsbewijs aanvragen. Lees er op deze pagina meer over.
Inhoud
- Waar gaat het over?
- Wat zijn de voorwaarden?
- Hoeveel kost het?
- Wat heb ik nodig?
- Welke stappen zijn er?
- Zijn er uitzonderingen?
- Veelgestelde vragen
- Gelijkaardige producten
Waar gaat het over?
Het identiteitsbewijs voor niet-Belgische kinderen jonger dan 12 jaar bewijst de inschrijving van je kind in het bevolkings-, vreemdelingen- of wachtregister van de gemeente.
Je bent niet verplicht een identiteitsbewijs aan te vragen.
Wat zijn de voorwaarden?
- Je kind is niet-Belg;
- Je kind is jonger dan 12 jaar;
- Je kind is ingeschreven in het bevolkings-, vreemdelingen- of wachtregister;
- Je oefent het ouderlijk gezag uit.
Hoeveel kost het?
Een identiteitsbewijs voor niet-Belgische kinderen jonger dan 12 jaar is gratis.
Wat heb ik nodig?
- Een recente pasfoto (vooraanzicht, zonder hoofddeksel, lichte en egale achtergrond; hoe jonger het kind, hoe recenter de pasfoto, kindergezichtjes veranderen immers vlug). De foto moet voldoen aan een aantal voorwaarden;
- Het kinderpasje (identiteitsstuk) van je kind.
- De gegevens van een contactpersoon voor noodgevallen.
Indien de te waarschuwen persoon de andere ouder of een andere persoon is dan de ouder die het identiteitsbewijs komt aanvragen aan het loket, moet je een voorafgaande schriftelijke toestemming van die andere persoon voorleggen. Deze toestemming kan je hieronder terugvinden; - De echtgescheiden of gescheiden levende ouders moeten een kopie van het vonnis van het hoederecht voorleggen. Indien de persoon die zich aanbiedt, niet over het hoederecht beschikt, moet hij/zij in het bezit zijn van een ondertekende toestemming van de persoon die wel over het hoederecht beschikt;
- De persoon of de personen die het ouderlijke gezag uitoefenen over het kind en die de aanvraag komen doen, moeten hun identiteitskaart meebrengen;
- Het kind zelf moet meekomen voor de aanvraag.
Welke stappen zijn er?
- Je vraagt het identiteitsbewijs aan
- Bij Burgerzaken - Migratie in het Stadskantoor, met afspraak
- In een dienstencentrum, met afspraak
- Je krijgt het identiteitsbewijs onmiddellijk mee
- Je kind moet aanwezig zijn
Bij de aanvraag van een identiteitsbewijs moet je de contactgegevens opgeven van een persoon die men in een noodgeval kan verwittigen. Dat kan een ouder zijn, maar ook een andere persoon. Is het een andere persoon, dan moet je wel je toestemming geven.
Het identiteitsbewijs is maximaal 2 jaar geldig en
- Maximaal tot de datum dat je kind 12 jaar wordt en
- Maximaal voor de duur van het verblijfsrecht van je kind en
- Maximaal voor de duur van het verblijfsrecht van de ouders.
Het identiteitsbewijs vervalt
- Bij het einde van de geldigheidsduur
- In geval van verandering van verblijfplaats of adres
- In geval van verandering van naam, voornaam of nationaliteit.
Zijn er uitzonderingen?
Wanneer de ouders een verschillende duur van verblijfsrecht hebben, dan zijn er 2 mogelijkheden:
- Beide ouders beschikken over het ouderlijke gezag:
- Beide ouders bieden zich samen aan: de verblijfskaart waarvan de geldigheidsduur de langste is, primeert
- Slechts 1 ouder biedt zich aan: de geldigheidsduur van de verblijfskaart van de aanwezige ouder primeert
- 1 ouder oefent het ouderlijke gezag uit:
- De geldigheidsduur van de verblijfskaart van deze ouder primeert.
Veelgestelde vragen
Wanneer heb ik een identiteitsbewijs voor mijn kind nodig?
Je hebt het identiteitsbewijs nodig wanneer je met je kind naar het buitenland gaat en je kind geen EU-onderdaan is.
Sommige instanties vragen ook naar een identiteitsbewijs, bijvoorbeeld bij de inschrijving voor kampen of bij een sportclub.